• Definitief op slot
    Henk van Schayk

    Cafetaria-bar De Passage in Voorthuizen gaat dicht. Met ingang van 1 juli dit jaar (1993) draait eigenaar Henk van Schayk de deuren definitief op slot. Na 33 jaar horeca wil hij het wat rustiger aan gaan doen.


    In 1954 was het vader A. van Schayk

    die in het pand aan de Apeldoornsestraat 2 trok. Tot dan toe had hij in de machinale houtbewerking gewerkt. Sinds enige tijd stond het pand leeg. In het pand was het tot dan toe een kruidenierszaak gevestigd waar ook petroleum werd verkocht. Tot die tijd hadden meester Bloys van Treslong en zijn zus Gijsje Bloys van Treslong er gewoond. De twee waren de laatste nazaten van de beroemde geuzenleider Bloys van Treslong. In de Tachtigjarige oorlog was hij een geducht tegenstander van de Spanjaarden. Hij leefde van 1529 tot 1594. De calvinist was een van de radicale figuren uit de begintijd van de Opstand tegen de Spanjaarden. Hij was onder meer betrokken bij de inname van Den Briel op 1 april 1572. Hij schopte het tot admiraal van Holland en Zeeland. ,, Vader begon met de verkoop van soevenirs en speelgoed. Maar al snel kwam buiten ook een ijskar te staan," vertelt Eefje van de Beek-van Schayk. Het bleek een goede zet. Aan de drukke weg tussen Apeldoorn en Amersfoort vonden de ijsjes gretig aftrek.


    Druk

    "Later kwam er een kiosk bij. Daar werden onder meer friet, kroketten en dranken verkocht." Bij die kiosk kwam een terras dat vanwege de drukte steeds groter werd. "Uiteindelijk besloot vader ook naar binnen te gaan. Al snel groeide De Passage uit tot een echt chauffeurscafé. ,,Het was echt hartstikke druk. Jarenlang waren we van 3 uur 's morgens tot middernacht geopend," zegt eigenaar Henk van Schayk, die in 1974 de zaak van zijn vader overnam. In de jaren dat het verkeer van Apeldoorn naar Amersfoort dwars door Voorthuizen denderde, waren het gouden tijden voor De Passage. Henk: "Het was een goudmijntje, we draaiden er een drieploegendienst." Die ploegen bestonden vrijwel uitsluitend uit familieleden. Moeder E. van Schayk-Haanschoten draaide ook mee in het bedrijf. Jarenlang waren de 'kroketten van ma' een begrip in heel Voorthuizen en de wijde omtrek van die plaats. ,,Alle Voorthuizense artsen bijvoorbeeld kwamen hier hun kroketje halen." Toen de zeven kinderen oud genoeg waren werden ze ook allemaal in de zaak aan het werk gezet. Henk, Eefje, Teunie, Wil, Nel, Connie (in de boekhouding) en Kees (d eze bleef nog een jaar in dienst nadat Henk de zaak had overgenomen) droegen zo allemaal hun steentje bij aan het familiebedrijf. Later kwam daar de 'aanhang' ook nog bij. De 'oude garde' is op Henk na uit de zaak vertrokken, maar de jongere generatie heeft zich alweer aangediend. Nu zijn zoon Ard en dochter Liesbeth en Jenny, de vriendin van Henk, regelmatig in de zaak te vinden.


    Vriendenclub

    Met de komst van de E8 (de huidige Al) werd het langzamerhand rustiger in De Passage. ,,In het begin ging de zaak nog om drie uur 's nachts open. Van lieverlee werd dat echter later." Toch bleef De Passage goed draaien. Zo werd er zelfs een vriendenclub 'De Passageboys' opgericht. Henk heeft nog even overwogen om niet in de zaak van pa te gaan staan. Na een halve dag bij een andere baas hield hij het echter voor gezien. ,,Ik moest daar spanten in de menie zetten. Na een ochtend werken, gaf ik hem de kwast en de pot terug en ben ik naar huis ge- . gaan." Dat was 33 jaar geleden. Sinds die tijd werkt hij in De Passage. "Het is keihard werken," zo blikt hij terug op al die jaren. "Je draait zeven dagen in de week lange werkdagen. Maar ik heb het altijd met veel plezier gedaan. Het is ontzettend afwisselend werk, je maakt erg veel mee." De Voorthuizenaar is echter de afgelopen jaren met een aantal sterfgevallen van be- trekkelijk jonge personen geconfronteerd. Dat heeft hem aan het denken gezet over zijn eigen leven dat vooral bestaat uit keihard werken. ,,Ik heb er geen zin meer in om zo hard te moeten werken. Ik zegt het met pijn in 't hart, maar het is over." Disco De Passage trok jarenlang een vast publiek. ,,Zelf heb ik bij De Kieviten gevoetbald, die kwamen hier altijd voor ze een eigen kantine kregen. Van VVOP kwamen ze ook altijd." Verder werden elf jaar lang iedere zaterdagavond disco gehouden. ,,Daar ben ik twee jaar geleden mee gestopt. Het werd me te gortig. De boel kort en klein slaan, doe ik zelf wel als ik dat nodig vind. Je moest te- gelijk barkeeper, sociaal werker, politie-agent en uitsmijter zijn. Daar was geen aardigheid meer aan." Henk van Schayk heeft zich al die jaren helemaal gegeven voor de zaak. ,,Hier ligt een groot deel van mijn leven. Ik denk dat ik nog wel een traan zal laten als de zaak dicht gaat. Wat ik daarna gaan doen weet ik nog niet. Maar de horeca ga ik in ieder geval niet meer in." Op 25 juni houdt Van Schayk een afscheidsreceptie.


    Terug
  • Blois van Treslong
    Afstammelingen van Geuzenkapitein

    Bijna veertig jaar lang

    werd deze horecagelegenheid uitgebaat door de familie Van Schayk. De eeuw daarvoor was het in het bezit van drie generaties van de familie Bloys van Treslong, ogenschijnlijk directe afstammelingen van de geuzenkapitein Willem Bloys van Treslong die op 1 april 1572 deelnam aan de inname van Den Briel. Al in 1906 werd aangetoond dat twee kleinzonen van Willem ongehuwd waren overleden, waardoor nageslacht voortaan slechts in de fantasie bestond. De Voorthuizense tak van de familie was ontsproten uit het huwelijk van de tussen 1595 en 1620 als schipper en graanhandelaar te Bergen op Zoom vermelde Jacobus Huybrechts en Truycken Jans van Bloys. Hun zoon nam de naam van zijn moeder aan, die, zij het via bastaardij, afstamde van het middeleeuwse adellijke geslacht. Daarom was de Voorthuizense tak gerechtigd om het in 1815 verleende familiewapen te voeren.

    Een van de nazaten van Jacob en Truycken, Cornelis Gerard Johan Bloys van Treslong, werd op 4 april 1790 in Voorburg geboren als zoon van de dijkgraaf van Delfland Cornelis Johan Bloys van Treslong (1752 -1837) en diens nicht Cornelia Geertruijda Bloijs van Treslong (1757 -1831). Zijn vader vocht als kapitein-ter-zee mee in de Slag bij de Doggersbank in 1781 en maakte als kapitein op de 'Monnikendam' deel uit van het eskader van Van Kinsbergen in 1790. Cornelis huwde op 12 juli 1822 te Barne veld met Geertruid Hendriks van Ansen, geboren 14 februari 1793 te Voorthuizen als dochter van Hendrik van Ansen, pikeur (hier waarschijnlijk in de betekenis van opzichter over arbeiders) bij Rijkswaterstaat te Apeldoorn. Cornelis was achtereenvolgens ontvanger der belastingen in Houten en Schoonhoven en controleur der belastingen. Blijkens een volkstellingregister uit 1848 woonde hij toen weer in Voorthuizen, waar hij als 'oeconoom' (volgens de 'Van Dale' van 1848: land- bouwhuishoudkundige, wetenschappelijk landbouwer) werd ingeschreven en op 10 november 1865 overleed. Het echtpaar kreeg tien, erkende, kinderen. Een dochter, Cornelia Geertruyda Isabella was gehuwd met Thomas van Urk, gemeentelijk geneesheer en vroedmeester in Voorthuizen van 1867-1872. Na het overlijden van haar echtgenoot kwam Cornelia terug naar Voorthuizen. De jongste zoon, Johan Gerard Cornelis, trouwde op 5 maart 1878 in Barne veld met Hendrika van Spriel, geboren op 12 april 1837 in Barneveld (Voorthuizen), als dochter van Jan Franszen van Spriel en Gijsbertje van den Brink. Zij zou op 7 maart 1908 zou overlijden. Ook het beroep van Johan werd aangeduid als 'oeconoom'. Hij overleed op 28 juni 1894 te Voorthuizen. Het echtpaar had twee kinderen, die later ongehuwd overleden. Cornelis Gerard Johan, geboren 11 januari 1869, overleden 6 augustus 1935, was onderwijzer in Barneveld en Voorthuizen en daarnaast secretaris van de gemeentelijke commissie tot wering van schoolverzuim. Zijn zuster Gijsbertha Johanna, in het dorp bekend als 'Gijsje', werd geboren op 27 november 1872. Zij was eveneens in het bezit van een onderwijsakte maar voor zag in haar onderhoud door het houden van varkens, kippen en geiten. Daarnaast genoot ze inkomsten uit een winkeltje annex meelhandel in de latere 'Passage'. Zij overleed op 3 juli 1953. Vervolgens nam de familie Van Schayk het pand over en vestigde er een café en cafetaria in.

    Zowel de weduwe Hendrika Bloys van Treslong-van Sprielt als haar dochter Gijsje beschikten over een vergunning ingevolge de Drankwet; moeder kreeg die op 30 april 1895 en haar dochter op 29 april 1908. Dat houdt in dat 'De Passage' bijna een eeuw lang, geheel of gedeeltelijk een horecabestemming heeft gehad.



    Terug
  • Henk 50 jaar
    op 12 april 1995

    Henk van Schayk, oud kroegbaas van "De Passage", ziet Abraham.

    Henk van Schayk denkt er het zijne van. Samen met Abraham poseert hij naast zijn ,,buitenverblijf".

    De oud kroegbaas van "De Passage" in Voorthuizen vierde op 12 april 1995 zijn vijftigste verjaardag.



    Terug

  • De Slopershamer
    heeft toegeslagen

    Woensdag 7 juli 1993, de slopershamer heeft toegeslagen bij de Cafetaria bar ,,De Passage" aan de Apeldoornsestraat
    te Voorthuizen


    Een aantal mensen

    heeft zich nog ingezet voor het behoud van één van de oudste panden in Voorthuizen, maar het heeft niet mogen baten, zo heeft natuurliefhebber G. De Graaff aannemers- en slopersbedrijf van den Top uit Kootwijkerbroek nog benaderd om uitstel voor de sloop te vragen in verband met een nest gierzwaluwen dat tijdelijk onderdak had gevonden in de Passage. ,,Ik heb drie weken uitstel gevraagd in verband met het uitvliegen van de jongen. Van den Top zou terugbellen, maar dat heeft hij niet gedaan.


    Halve gek

    C. van den Top: „Ik heb besloten om het gebouw na de overdracht te slopen, omdat ik bang ben voor leegstand en vandalisme. Dat van die vogels is leuk en aardig, maar weegt niet op tegen het belang van andere dingen. Het vandalisme weegt veel zwaarder. Ik heb wel begrip voor het standpunt van De Graaff, want ik ben zelf ook een vogelliefhebber. Maar je hoeft maar één halve gek in de vakantieperiode te hebben die het pand wil kraken,” zegt hij bezorgd. Volgens hem is het „een krakkemikkige bouwval”. Abe Reitsma van de Bond Heemschut, een vereniging tot bescherming van cultuurmonumenten, is het daar niet mee eens. ,,Het pand was niet overdreven slecht. Er was een toevoeging van rond de eeuwwisseling en dan gaat het toch meestal om een goedé bouw.” De cafetaria-bar werd de laatste 33 jaar gedreven door Henk van Schayk. Het voorste deel van het onderkomen werd waarschijnlijk halverwege de achttiende eeuw gebouwd. Ongeveer 150 jaar lang werd het pand bewoond door de laatste rechtstreekse afstammelingen van Willem Bloys van Treslong. Willem Bloys van Treslong werd in 1529 geboren in Brielle. De calvinist was één van de radicale figuren uit de begintijd van de Opstand. Hij nam deel aan de Beeldenstorm. In 1953 overleed de laatste nazaat van deze markante persoon: Gijsbertha (Gijsje) Johanna Bloys van Treslong. De vader van Henk van Schayk betrok het pand in 1954. Al snel groeide De Passage uit tot een chauffeurscafé. Met de komst van de E8 (de huidige Al) werd het langzamerhand rustiger in De Passage. Toch bleef de cafetaria-bar goed draaien.


    Monumentenlijst

    Een aantal mensen heeft geprobeerd om het pand op de monumentenlijst te krijgen, maar dat is niet gelukt. Eèn van hen is R. van Middendorp. Deze ex-Voorthuizenaar zet zich al tientallen jaren in voor het behoud van oude, karakteristieke panden. „Barneveld is één van de gemeenten waar monumenten op basis van vrijwilligheid op de monumentenlijst komen. Als de eigenaar er geen belangstelling voor heeft dat zijn pand op de monumentenlijst komt, dan gebeurt dat niet.” Volgens Abe Reitsma zijn er in Nederland vier gemeenten waar monumenten op basis van vrijwilligheid tot monument bestempeld kunnen worden. „Maar ik hoop dat die vrijwilligheid opgeheven wordt.”Van Middendorp betreurt het dat De Passage is gesloopt. „Het is triest, maar ik hoop wel dat door mijn acties de monumentenverordening veranderd wordt. Daarnaast heb bewustwording beoogd.” Van Middendorp hoopt ook dat de politiek en haar achterban eens stappen gaan ondernemen tegen de voortdurende afbraak van „onvervangbare” historische gebouwen. „Ik vind het jammer dat de gemeenteraad het over zich heen heeft laten gaan. De mensen zijn vrij passief,” zegt hij met spijt in zijn stem. „Er is zoveel oog voor de natuur, maar weinig voor het cultureel erfgoed. Voorthuizen is een echt toeristendorp en die toeristen komen niet voor de nieuwbouw.” Van Middendorp vreest voor de rest van Voorthuizen. „Het zou me niet verbazen als de gereformeerde kerk ook ooit gesloopt moet worden.” In het najaar komt binnen de gemeente een ge- spreksnotitie over het monumentenbeleid aan de orde.


    Appartementen

    Er zullen veertien appartementen verrijzen aan de Apeldoornsestraat. De woningen zijn geschikt voor tweepersoonshuishoudens en kleine gezinnen. Er hebben zich al diverse gegadigden aangemeld. In het najaar wordt begonnen met de bouw. „We zijn inmiddels bezig met de verkoop.” De appartementen zullen waarschijnlijk in de tweede helft van 1994 worden opgeleverd. De architect Roel Snijder heeft het complex ontworpen. Onder de woningen komen parkeerkelders.



    Terug
  • Solo-actie
    Tegen sloop

    Zo mooi was het

    Zo is het nu


    Oud Voorthuizenaar

    René van Middendorp, reeds dertien jaar woonachtig in Zwolle, kan de 'sloopwoede' in het dorp van zijn jeugd niet meer aanzien. Nu binnenkort het oude café De Passage aan de Apeldoornsestraat in Voorthuizen tegen de vlakte gaat, slaat hij groot alarm over wat hij de 'jarenlang maar voortgaande afbraak van het dorp' noemt.


    Zakenman Van Middendorp,

    die Voorthuizen nog heel vaak bezoekt en er een uitvoerig knipselarchief over bijhoudt, heeft in armen moede de Bond Heemschut ingeschakeld. Hij hoopt, dat deze landelijke 'vereniging tot bescherming van cultuurmonumenten' waar hij ijverig lid van is, nog wat kan doen om een mooi pand van de sloop te red-den. Het is de bedoeling dat er appartementen komen. "De Passage is niet alleen een mooi pand, er staan meer mooie panden in de buurt. Dat geeft de buurt daar een nog historisch aanzien. Door het café te slopen, wordt het karakter van die hele buurt aangetast. Zoals dat op vele plekken in het dorp al is gebeurd, helaas. Ik hoop mensen en organisaties in het dorp wakker te schudden voor de ongekende vernietiging van het dorps schoon," zegt hij zonder schroom. ,,Het zal misschien merkwaardig overkomen dat iemand uit Zwolle zich druk maakt over de sloop van mooie gebouwen in Voorthuizen," zegt Van Middendorp. ,,Maar er is niemand die zich erg druk schijnt te maken over de afbraak van Voorthuizen. Een drastische afbraak. Van het mooie dorp is maar bitter weinig meer over. Maar de mensen in het dorp lijken erin te berusten. Ik kan dat niet. Ik vind dat ze nu eens echt moeten ophouden met alsmaar slopen en vernielen in Voorthuizen."


    Bitter gestemd

    Van Middendorp, die in zijn jeugd in de buurtschap Harselaar - momenteel een groot industrieterrein dat hem groot verdriet doet- woonde, is bitter gestemd. " E r zijn in ons land zo veel goede voorbeelden van dorpen en steden die nog een groot deel van hun historisch karakter hebben bewaard. Maar in Barneveld hebben ze daar geen aandacht voor. Zowel in Barneveld als in Voorthuizen is de afgelopen twintig, dertig jaar onvoorstelbaar veel moois gesloopt. Het is ongekend wat er gebeurt en niemand staat daar bij stil. Ik wel." De vernieuwing van het centrum, waarmee sinds kort een aanvang is gemaakt in Voorthuizen, heeft bij Van Middendorp opnieuw de haren te berge doen rijzen. De enige echte dorpsboerderij van Piet Bouw, op een unieke plek middenin het winkelcentrum, is gesloopt om plaats te maken voor moderne winkels en appartementen. Twee oude woonhuizen aan de Kerkstraat moesten eraan geloven voor een zelfde soort plan. ,,En zo gaat het maar door. Steeds als ik Voorthuizen kom, word ik bevangen door een enorm triest gevoel. Is dit nou nodig? Ik weet zeker dat veel Voorthuizenaren zich in mijn verhaal zullen herkennen. Het is alleen zo doodzonde dat men erin berust. 'Ach ja die ouwe troep' hoor je dan." Van Middendorp kan uren vertellen over de plekken die Voorthuizen vroeger tot Voorthuizen maakten. ,,Het was vroeger een ongelooflijk mooi dorp, dat weten maar heel weinig mensen van buiten. Zelfs in de jaren vijftig nog. Ik ben heus niet tegen nieuwbouw en vernieuwing, maar daarmee hoef je het grond karakter van een dorp toch niet om zeep te helpen?", aldus de bitter gestemde Zwollenaar. "Achterstallig onderhoud is vaak de oorzaak dat wordt gekozen voor sloop. Goed, het kost geld. Maar van Voorthuizen een bezienswaardig dorp maken, betekent toeristisch gezien ook geld. Moet Voorthuizen het dorp blijven van het massatoerisme, van het functionele grijs?"


    Terug
  • Veluwse dorpen
    lijken steeds meer op elkaar

    Zwollenaar en oud-Voorthuizenaar René van Middendorp:
    ,,Ik kan de sloopwoede in Voorthuizen niet langer aanzien.
    Ze moeten er nu eens mee ophouden.


    Barneveld, Voorthuizen, Putten, Ermelo

    ,,Het wordt allemaal koekoek-éénzang. De dorpen lijken steeds meer op elkaar." Ex- Voorthuizenaar en Zwollenaar René van Middendorp meent dat er alternatieven zijn voor de sloop van panden in Voorthuizen die het dorpskarakter nog kunnen be-waren. ,,Ik ben een reëel en nuchter mens, ik zit zelf in het zakenleven en durf ook vooruit te kijken. Ik begrijp heus wel dat er nieuwe woonwijken en wegen moeten komen." ,,Maar in naam van de vooruitgang en de modernisering hoeft toch niet alles te worden weggewerkt? Wat is het leven zonder schone lucht, groen gras, stilte en cultuur? Alle verandering is geen vooruitgang." Van Middendorp is al jaren actief geïnteresseerd in 'zijn' dorp. Op eigen houtje probeert hij mensen warm te krijgen voor het herstel van hun oude boerderij of statige villa, in plaats van te kiezen voor efficiënte nieuwbouw. Soms had dat succes. In de jaren zeventig ijverde hij samen met de Bond Heemschut tevergeefs voor de afbraak van Blankeberentsgoed, een serie arbeiders-woningen nabij de huidige Nederlands Gereformeerde Kerk. ,,Er is nooit gezocht naar een alternatief. Weg ermee, zeiden ze in Barneveld. De gemeente heeft altijd al veel te weinig geluisterd naar mensen die met alternatie-ven kwamen." Voorthuizen kent nog wel een aantal voorbeelden van mooie panden, dat wil Van Middendorp graag en met liefde erkennen. "Maar het probleem is vaak dat die panden geïsoleerd van hun omgeving zijn komen te staan. De hele samenhang uit het dorp is verdwenen, op enkele uitzonderingen zoals de Kerkstraat en de hoek Bakkersweg-Molenweg. En er staan gelukkig nog drie hele mooie kerken. De oude her-vormde pastorie staat er nog. 't Oude stationsgebouw. Maar het is nu twee voor twaalf. M'n hart draait om in m'n lijf iedere keer als ik weer terugkom." Van Middendorp is geboren in Harselaar op een steenworp afstand van Voorthuizen, op school geweest in Barneveld en ter kerke gegaan in Voorthuizen. ,,M'n hele familie woont er nog. Een aantal familieleden was altijd meer op Barneveld gericht, maar ik heb altijd een zwak gehad voor Voorthuizen. Laat ik het over Harselaar, waar ik vroeger over paadjes door de weilanden liep, maar niet hebben. Dat Barneveld kiest voor een grote economische groei, wordt hier het beste bewezen. Ik rijd er het liefst met een vaart doorheen." ,,De bomen langs de Hoofd-straat", mijmert hij, ,,weg zijn ze. Een boerderij aan de De Ruyter-laan; weg. Het Johannabos aan-getast door luxe huizen. De Van den Berghschool en de Emma-school: gesloopt. Zeumeren: wat is daar nog van over? Wikselaar?


    Zo mooi was het….

    Zo is het nu.


    Terug

Zo mooi was het…

Zo is het nu.

Fotogalerij
Cafetaria - Snackbar "De Passage"
klik op een foto.